Uit de top 50 van Belgische spelers 2007 (S/VM 2008/1)
Vincent Kompany
Hamburg (Ukkel, 10/04/1986)
‘Kompany for president!’ is een van de weinige uitroepen die we de voorbije maanden niét hoorden, en dan nog alleen omdat België een monarchie is. King Kompany is sinds dit seizoen eindelijk terug nadat hij bijna twee jaar, bij Anderlecht en bij Hamburg, met blessureleed kampte. Hij wint weer duels voor zijn tegenstanders beseffen wat er gebeurt. Op het veld paart de Brusselaar Afrikaans flegma aan Belgische wilskracht. Naast het veld werpt hij zich op als een intelligente jongeman, woordvoerder van de jonge hemelbestormers die de Rode Duivels van de toekomst zijn. Hij neemt geen blad voor de mond als het gaat om maatschappelijke problemen, het gevaar van extreemrechts of de tragedie van zijn vaders continent Afrika, maar hij praat ook met veel gevoel over de dood van zijn moeder die hij een plaats probeert te geven. Op zijn 21ste is Kompany niet alleen een topvoetballer, maar een cultfiguur in wording. ‘I know you like my style’, zingt zijn favoriete rapper 50 Cent. Inderdaad, dat doen we.
Steven Defour
Standard (Mechelen, 15/04/1988)
Amper 18 jaar oud was Defour bij Genk al de kleine generaal op het middenveld. Goeie techniek, werkkracht en een buitengewone vista: de (voorbarige?) vergelijking met Van Moer was gauw gemaakt, zeker toen hij in de zomer van 2006 zijn blauw-witte tricot inruilde voor het shirt van de Rouches. Over de transfer was veel te doen omdat Defour dreigde met de beruchte wet van ’78 om zijn contract te verbreken. Ook Ajax was geïnteresseerd en volgt de Mechelaar nog steeds op de voet. Bij Standard nam Defour al na één seizoen de kapiteinsband over van Conceiçao en daarbij schuwt hij de boude uitspraken allerminst. Samen met Kompany brengt hij de mondigheid van een nieuwe generatie naar het voetbal. Het is precies een kwarteeuw geleden dat Standard voor het laatst kampioen speelde. In mei 2008 heeft Defour een afspraak met de geschiedenis.
Daniel Van Buyten
Bayern München (Chimay, 07/02/1978)
Het is een quizvraag op de Voetbalscheurkalender 2008: welke Belg scoorde vorig jaar twee goals uit bij AC Milan in de kwartfinale van de Champions League? Antwoord: Daniel Van Buyten. De rots uit Froidchapelle is misschien wel het beste voorbeeld van het gezegde “men is geen sant in eigen land”. Sinds hij doorbrak bij Standard rezen er voortdurend twijfels over zijn capaciteiten, twijfels die vooral gevoed werden door zijn prestaties bij de Rode Duivels, waar hij zich al te vaak een reus op lemen voeten toonde. Maar zowel bij Marseille als bij Hamburg groeide Big Dan uit tot een gewaardeerde verdediger met veel inzet en uitstekend kopspel. Het leverde hem een transfer op naar Bayern München, waar hij het vorig jaar voortreffelijk deed in de competitie én de CL. Hoewel dit seizoen wat wisselvalliger verliep, werd hij toch al twee keer opgenomen in het elftal van de week in SportBild en Kicker.
Thomas Chatelle
Anderlecht (Jette, 31/03/1981)
Op 4 mei sloeg voor Thomas Chatelle het noodlot nog maar eens toe. In de wedstrijd tegen Lokeren scheurde hij de kruisbanden van de knie. De zoveelste blessure in een nog jonge carrière. Voor zijn club Racing Genk, in volle titelstrijd gewikkeld met Anderlecht, waren de gevolgen ook niet min: de blauw-witte adelaar verloor één van zijn vleugels. De Limburgers, die hun kracht grotendeels putten uit het spel over de flanken, werden letterlijk vleugellam gemaakt. Had Genk mét Chatelle de titel behaald? Het is een vraag waarop hij zelf nooit ontkennend geantwoord heeft. Ruim een maand geleden maakte hij zijn rentree bij Genk, maar hij had weinig zin in een verlengd verblijf. Tijdens de winterstop meldde Anderlecht zich en Genk zag de vogel vliegen.
Uit de top 50 van Belgische spelers 2008 (S/VM 2009/1)
Marouane Fellaini
Everton, geb. 22/11/1987
Is Fellaini het prototype van de hedendaagse voetballer? Hij is in elk geval oersterk, bezit een behoorlijke techniek en een indrukwekkende fysiek, én hij werd uitgeroepen tot beste kopper van de Premier League. En ook modern: hij is de perfecte huursoldaat, zonder veel clubliefde, die gaat waarheen zijn bankrekening hem leidt. Maar als de ster presteert, mort de fan daar niet om en zo wordt Fellaini door zijn puike prestaties almaar populairder te Liverpool. In de stad waar George Best de vijfde Beatle was, is Fellaini met zijn haardos de zesde Jackson. Naast het veld verschilt de Marokkaanse Brusselaar wel als dag en nacht van de nummer één van vorig jaar: in vergelijking met de welbespraakte Kompany, die overal een mening over heeft, is Marouane veeleer de Zwijger. Spreken brengt immers stress mee en dat is niks voor Fellaini. Ook niet op het voetbalveld trouwens, waar hij zich perfect het motto van Denis Law, een van de legenden van het Britse voetbal, eigen heeft gemaakt: Football is a game of pleasure. Just enjoy yourself!
Moussa Dembélé
AZ, geb. 17/07/1987
Op 27 september maakte tegen hij Willem II de goal van het jaar in de eredivisie, maar de Antwerpenaar blijft de nuchterheid zelve. Hij houdt er niet van dat ze hem Moussadona noemen, vond het maar niks dat commentator Frank Snoeks hem vergeleek met Tita Tovenaar en over het achtste wereldwonder sprak. En neen, lopen over water kan hij ook niet. Maar wat blijft, is het feit dat Dembélé waarschijnlijk Belgiës meest begaafde voetballer is: sterk, balvast, een geweldige dribbel in de voet en stilaan komt de doelgerichtheid er ook. Met de beloften blonk hij uit op de Olympische Spelen en in het najaar was hij op weg naar zijn allerbeste vorm, toen een blessure roet in het eten gooide. Zonder zijn afwezigheid van bijna drie maanden zou hij allicht (nog) hoger geëindigd zijn in dit lijstje.
Vincent Kompany
Manchester City, geb. 10/04/1986
Tijdens de OS werd Kompany de speelbal van de Belgische voetbalbond en van zijn club Hamburger SV. Hij toonde zich in de hele affaire zelf nogal wispelturig, de culminatie van persoonlijke besognes en voetbalfrustraties. De Brusselaar verloor veel krediet en HSV was maar wat blij dat het zijn nukkige vedette kwijt kon aan Manchester City. Voor Kompany werkte de transfer bevrijdend, hij besefte dat zijn eigen muizenissen niet het centrum van het wereldgebeuren uitmaken. Hij heeft nog steeds het hart op de tong, maar is ook verzoend met de schizofrenie tussen zijn bekommernis om het leed van de wereld (met name Congo) en de dure bolides op de spelersparking van de Citizens. Zelfs op het veld is hij bezadigder, wil hij niet meer per se de beste zijn. De Ronaldinhobewegingen blijven achterwege. King Kompany is Vince the Prince geworden. Het kwam zijn voetbal ten goede, want hij haalt weer als vanouds de hoogste quoteringen in de kranten.
Axel Witsel
Standard, geb. 12/01/1989
Met zijn jongensachtig gelaat en zijn typisch gebaar na een doelpunt, heeft Witsel iets van een engel. IJl en ongrijpbaar als lucht, nonchalant en frêle in zijn bewegingen, alleen zijn sterke lichaam spreekt dat tegen. De vraag is hoelang hij nog op de tonen van DJ Otzi – Hey, hey, baby! – door Sclessin zal zweven, de vleugels klapperend voor de borst gevouwen. Met zijn zesde plaats is hij de hoogst geplaatste speler, de beste Belg dus, uit de Jupiler League, maar zeker niet meer voor lang. Meer techniek dan Defour, net iets minder kracht dan Fellaini: het buitenland wenkt. Gestuurd door zijn vader, die uit Martinique komt, wimpelde hij als zestienjarig jeugdtalent Arsenal en Real Madrid af. Die clubs zijn nu wat hoog gegrepen, maar D’Onofrio vindt voor zijn middenvelder ongetwijfeld een mooie bestemming.
Timmy Simons
PSV, geb. 11/12/1976
De stille kracht, het is een roman van de grote Nederlandse schrijver Louis Couperus, al meer dan een eeuw oud, maar de omschrijving zou van toepassing kunnen zijn op de kapitein van PSV. De Diestenaar is geen frivole voetballer, net zomin als hij naast het veld een bevlogen redenaar is. Maar hij zorgt wel voor evenwicht, als puinruimer en bressendichter. Dat laatste mag ook figuurlijk genomen worden, want Simons is het bindcement in de kleedkamer, de ervaren rot die wel eens op tafel zal kloppen, maar meestal de weg van de diplomatie bewandelt. Het maakt hem zelfs een beetje saai, al beschouwt hij dat zelf vermoedelijk als een compliment. Toch viel het op dat Simons, wanneer het minder gaat zoals met PSV momenteel, niet degene is die het heilige vuur weer opgepookt krijgt.
Steven Defour
Standard, geb. 15/04/1988
“In mei 2008 heeft Defour afspraak met de geschiedenis”, schreven we vorig jaar. Hij heeft ze niet gemist, de kleine generaal stuwde de Rouches voor het eerst in 25 jaar naar de landstitel. Het nieuwe seizoen bracht een hele omwenteling: spitsbroeder Fellaini vertrok en de nieuwe coach, Bölöni, zag in hem de ideale vervanger. De mondige kapitein worstelde met zijn nieuwe rol, zowel op het veld als in zijn hoofd. Ook godenkinderen – en Defour is nog altijd maar 20 – kunnen al eens een lastige periode doormaken, zo bleek. Het duurde even voor de koppige Defour plooide en zich schikte in zijn nieuwe rol, maar eens hij dat deed, wilde hij tonen dat hij ook daar de beste kan zijn. Reculer pour mieux sauter, zoals ze in Luik zeggen. Tegen het einde van de heenronde speelde hij weer met zoveel bravoure dat hij het etiket “de Belgische Pirlo” opgekleefd kreeg.
Anthony Vanden Borre
FC Genoa, geb. 24/10/1987
Vanden Borre is met voorsprong de beste rechtsback van België – wat hij tegen Spanje presteerde, doet niemand hem na. Alleen: hij liet dat in het verleden zo zelden blijken. Betoverende techniek en pure power, maar de kolder in de kop. Nonchalances bij de vleet, zowel bij Anderlecht vroeger als bij de nationale beloften. Zoekend trok hij naar Fiorentina, het bracht geen soelaas. Maar sinds januari komt hij uit voor FC Genoa en daar kwam het herstel op gang. Hij lijkt de lyrics van Pink Floyd achter zich gelaten te hebben, is niet zo vaak meer the lunatic on the grass. Pas 21 werd hij en hopelijk betekent dat – voor hem en voor ons voetballand – de jaren van discretie en verstand.
Logan Bailly
Borussia Mönchengladbach, geb. 27/12/1985
Bailly heeft présence in de goal. Op goeie dagen vult hij op zijn eentje makkelijk een hele backlijn. Wie hem in de toekomst live aan het werk wil zien, zal daarvoor helaas naar Duitsland moeten, want de Luikenaar verkaste tijdens de winterstop van KRC Genk naar Borussia Mönchengladbach. De bijnaam van de Borussen luidt die Fohlen, de veulens. Een bijnaam die hem op het lijf geschreven is: niet in te tomen, een enorme sprongkracht, maar ook onstuimig en dartel. Bailly vindt de Bundesliga niet zijn droomcompetitie, maar dat zou nog kunnen veranderen: onze oosterburen zijn immers dol op Belgische doelmannen met veel bravoure en een geblondeerd kapsel.
Eden Hazard
Lille OSC, geb. 07/01/1991
19 november 2008, België speelt een totaal overbodige interland in het Groothertogdom. Geen enkele Belgische tv-zender heeft interesse om de wedstrijd op de buis te brengen en zo blijven we live verstoken van het debuut van Eden Hazard bij de nationale ploeg. Met 17 jaar en 316 dagen is hij op dat moment de zevende jongste Rode Duivel ooit – van de huidige generatie doen alleen Vanden Borre en Kompany beter. Wanneer hij na 66 minuten invalt, dribbelt hij meteen twee tegenstanders om op doel te besluiten. Met de bal aan de voet op de goal af, het is zijn grote kracht en bijna wekelijks mag hij dat al demonstreren bij Lille. En zeggen dat hij nog drie jongere broers heeft, van wie er twee ook halfgodgenen schijnen te bezitten.
(Sport/Voetbalmagazine)